Zeewier in de Oosterschelde
CIMG2572.JPG
Sea Crunchy hart Valentijnsdag.jpg
Betonblokken langs de Oosterschelde begroeid met zeewier
CIMG2552.JPG
« »
Zeewier is de verzamelnaam van groepen niet-verwante ALGEN die in zee of brak water groeien.
 
Algen is de verzamelnaam voor een grote, gevarieerde en heterogene groep relatief eenvoudige organismen die momenteel nog geen formele taxonomishe status hebben. Wetenschappers hebben schattingen gemaakt dat er tussen de 1 en 10 miljoen algensoorten zijn; de meesten hiervan zijn nog niet gedetermineerd. Algen maken gebruik van fotosynthese om zonlicht om te zetten in koolhydraten en om energie te produceren. Van de ongeveer 35.000 algensoorten die momenteel beschreven zijn groeit de helft in het water; de anderen zijn algen die op het land groeien.

Algen kunnen heel klein of juist erg groot zijn. De kleinste algen noemen we MICRO algen en bestaan uit één cel; we kennen ze ook als (phyto)plankton. Sommige micro-algen zijn verwant aan dierlijk plankton, bacteriën en schimmels.

Grote algen die in zout water groeien: MARIENE algen = MACRO algen = ZEEWIER


Zeewieren tref je in alle wereldoceanen aan. Het zijn macrofytische zee algen. Dit betekent dat het plantachtige organismen zijn die in zee leven.
Ze bestaan uit vertakt loof, ofwel de thallus. Dit lijkt soms op een stengel en blad. De meeste wieren hebben een wortelachtig aanhechtingsorgaan dat schijfvormig, vertakkend of klauwachtig is. Hiermee hecht zeewier zich aan een harde ondergrond zoals rotsen of koraal. Sommige zeewieren kunnen zich niet hechten en drijven vrij in de zee. Zeewieren worden niet alleen gevonden in elke oceaan, ze groeien en kleven ook hardnekkig aan rotsachtige wanden. En je kunt ze bijvoorbeeld vinden op de glooiing van de zeedijk. Of aangespoeld op het strand.

 

Sterk en flexibel

Zeewieren zijn extreem sterk en worden niet snel verstoord door hun omgeving; ze verdragen:
de continue schokken van de golven,
de penetrerende stralen van de zon
en de blootstelling aan lucht bij laag water.
 
Wieren zijn de meest flexibele, veerkrachtige en vruchtbare plantachtigen op aarde. Ze zijn staat om te overleven op de ruige en turbulente kustlijnen van de meest instabiele omgevingen van onze planeet. Toch leven de meeste wieren slechts één of twee jaar.

Slappe structuur

Wieren hebben een slappe vorm, maar door de opwaartse druk van het water staan ze rechtop en hebben ze geen houtige delen nodig. Behalve wat zonlicht kunnen zeewieren alles wat ze nodig hebben om te leven direct uit het water in hun omgeving halen.
 

Complex

Zeewieren zijn complexer dan je denkt: ze hebben gespecialiseerde weefsels en groeivormen en complexe voortplantingsorganen.



Karakteristieken van zeewier

Deze mariene planten hebben verschillende karakteristieken gemeen:

 ze leven allemaal in zeewater,

 ze vermenigvuldigen zich door middel van sporen (in plaats van zaden),
 
 elk is in staat in zijn eigen voedsel te voorzien,
door voedingsstoffen uit het zeewater direct in hun celwanden te absorberen (in plaats van een wortelsysteem).
 

SOORTEN

Wieren komen op verschillende dieptes op de glooiing voor:
  • bovenaan de groenwieren (Chlorophyta, ca. 1800 soorten),
  • daarna de bruinwieren (Phaeophyta, ca. 1800 soorten), 
  • en daaronder de roodwieren (Rhodoplantae, ca. 6200 soorten).

De naam blauwwieren is misleidend: deze 'wieren' behoren officieel  tot de bacteriën en niet tot de wieren. Op deze site wordt er verder geen aandacht aan besteed.

Zeewier maakt  gebruik van fotosynthese om energie en koolhydraten te produceren. De indeling van de wieren op kleur houdt verband met de kleur van de stof voor fotosynthese die in de hoogste concentratie aanwezig is. Zeewieren lijken misschien op planten, ze zijn echter vrijwel niet aan elkaar verwant.


VORMEN

Wieren hebben verschillende vormen:
  • draadvormige soorten zoals visdraad en veterwier;
  • vertakte soorten zoals hoorntjeswier;
  • bladvormige wieren zoals zeesla en purperwier;
  • meer ontwikkelde vormen zoals zee-eik en suikerwier.
Sommige wieren hebben drijfblazen waardoor deze soorten onder water rechtop staan. Voorbeelden hiervan zijn knotswier en blaaswier. En om zich bij laag water tegen zon en wind te beschermen produceren wieren slijm waarmee uitdroging wordt voorkomen.
 

VERMENIGVULDIGING 

Zeewieren hebben complexe voortplantingsorganen en een ingewikkelde voortplanting. Zeewier vermenigvuldigt zich over het algemeen door middel van microscopisch kleine mannelijke en vrouwelijke sporen. Deze sporen maken enige tijd deel uit van het fytoplankton en 'zwemmen' zo door het water. Na verloop van tijd zet een spore zich vast op een steen met voldoende licht en vormt vervolgens een zogenoemde gametofyt. Daarvandaan gaan mannelijke sporen op zoek naar een plantje van het vrouwelijke geslacht. Na de bevruchting ontwikkelt zich nieuw zeewier.
 
Sommige soorten kunnen meerdere jaren oud worden. De meeste wieren zijn echter éénjarig.
                                                                                                          

VOEDINGSSTOFFEN

Voor een plant met een dergelijk nederige naam en oorsprong, bevat zeewier een overvloed aan gezonde voedingsstoffen. De meeste wieren zijn rijk aan mineralen als calcium, ijzer en jodium en bevatten spoorelementen. Afhankelijk van de soort, is zeewier een bron van de vitaminen A, C en E en van plantaardige eiwitten. De delen van het zeewier die niet door het lichaam worden afgebroken zijn niet schadelijk en kun je zien als ballaststoffen.
Voor meer informatie over de gezondheidsvoordelen van zeewier, klik hier.